Kruidendrooglijn

Tussen de groentebedden en het gazon is vorig jaar spontaan wilde marjolein opgekomen. Het is blijkbaar een ideaal plekje voor deze soort, want de planten groeien en bloeien geweldig. Maar voor ons is het iets minder ideaal, want de planten zitten de kiemende groenten in de weg en ze vormen een hindernis bij het grasmaaien. Nu hebben we besloten de marjolein te verplaatsen naar een ander zonplekje. Voor we gaan spitten, heb ik de planten eerst gekortwiekt. En die oogst moet natuurlijk volledig benut. Voor de meeste kruiden is de beste manier om ze te preserveren drogen.

In veel van mijn kruiden- en tuinboeken schrijven ze dat je kruiden kunt drogen in de oven. Dat moet dan op lage temperatuur, liefst met de deur open en het duurt uren. Wat een energieverspilling! Vorig jaar ontdekte ik dat er ook speciale droogovens zijn. Ik las een boel online recensies en maakte een keuze. Maar de gewenste droogoven bleek in de webwinkels niet meer op voorraad te zijn. En door corona kwam er ook geen nieuwe voorraad uit Amerika binnen. Uiteindelijk ben ik teruggevallen op de eeuwenoude beproefde methode van drogen aan de lucht.

Houten lijst met gaas waarop vlierbloesem ligt te drogen

In de Groene Postzegel hadden we een soort zoldertje. Daar had ik een drooglijn voor kruiden die je in bosjes kon hangen en ook een droogrek voor kleine losse plantendelen. Het droogrek was een oude schilderijlijst met een stuk gaas erover. De mazen lieten de lucht door, maar ze waren zo fijn dat je er ook kleine dingen op kon drogen.

Lijn langs de muur met bosjes wilde marjolein eraan

In onze huidige woning was het flink zoeken naar een goede ruimte om planten te drogen. Wat je nodig hebt is een plek met goede ventilatie en geen direct zonlicht. Uiteindelijk viel de keuze op het halletje aan de noordkant van het huis. Voor het droogrek is geen plek meer, maar ik heb nu wel een lange drooglijn van een meter of twee. Klaar voor de productie van de wintervoorraad brandnetelthee en muntthee.

Antiek, antieker, antiekst

Als kind hield ik al van knutselen en handwerken. Naaien deed ik altijd met de hand. Toen ik een jaar of dertig was, kreeg ik een oude naaimachine die eigendom was geweest van mevrouw Bontebal, een kennis van een vriend van mijn vader. Het is een oude Pfaff, vermoedelijk uit de jaren zestig, compleet met boekje. Met die naaimachine maakte ik mijn eerste projecten. Ik denk dat het allereerste werkstuk een wandkleed voor mijn zusje was. De Pfaff naaimachine kan alleen maar vooruit en achteruit, in gewone steken of zigzag. Daar red ik me prima mee.

En toen ging mijn Pfaff kapot. Vast mijn eigen schuld, want qua onderhoud deed ik niks. Ja, af en toe wat stof weghalen uit de delen die gemakkelijk open konden, meer niet. Nu had ik nog een oudere naaimachine staan, een echte antieke Succes handnaaimachine. Geërfd van mijn schoonmoeder en zij had hem waarschijnlijk weer van haar tante. Het leek me wel stoer om daar echt mee te gaan naaien. Dus heb ik hem een beetje gepoetst en in gebruik genomen. Het duurde even voor ik doorhad hoe hij werkt. Ik heb wel een gebruiksaanwijzing van een andere machine die er erg op lijkt, maar de instructieve teksten zijn niet altijd heel duidelijk.

Maar toen ik het eenmaal doorhad, was ik verliefd. Deze machine is een genot om mee te werken! Hij kan alleen maar rechte steken vooruit naaien. Als ik wil afhechten, moet ik de machine stoppen terwijl de naald nog in de stof steekt, het voetje optillen en de stof 180 graden draaien. Maar ik heb zoveel controle over de snelheid, veel meer dan met een voetpedaal.

En toen ging mijn Succes kapot. En ik dacht: hoe ingewikkeld kan zo’n antiek ding zijn? Die moet ik toch zelf weer aan de praat kunnen krijgen? Lang leve het internet. Ik vond de oldsingersewingmachineblog van Sid en Elsie. Zij knappen, antieke naaimachines op en leggen precies uitleggen hoe je dat moet doen. Ook vond ik een uitleg op instructables.com, en later ook nog een Nederlandstalige blog: Singers and Featherweights van Francis Gortmaker.

De korte samenvatting: eerst alle stof en olieresten verwijderen en dan opnieuw oliën. Het is niet moeilijk, maar vraagt wel een engelengeduld. Decennia stof en vuil haal je niet even weg! Dat is uren peuteren met een naald en een pincet. Het moeilijkste is de schroeven loskrijgen. Ze zitten nogal vast en het metaal is zo zacht dat je al snel de kop kapot draait. En je kunt ze niet door moderne schroeven vervangen, want ze hebben andere maten. De onderdelen die ik open kreeg, heb ik schoongemaakt, de rest alleen gesmeerd, maar nu loopt hij weer als een zonnetje! En volledig op spierkracht.